Normen en Waarden in samengesteld gezin? | STIEFenCO.nl
1056
page-template-default,page,page-id-1056,bridge-core-2.8.6,,qode-title-hidden,side_area_uncovered_from_content,qode-child-theme-ver-1.0.0,qode-theme-ver-29.4,qode-theme-bridge,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.5,vc_responsive

Hoe breng je normen en waarden in gezin?

Een samengesteld gezin komt altijd voort uit een ingrijpende gebeurtenis, scheiding of overlijden van een ouder. De vorming van het nieuwe gezin brengt opnieuw een ingrijpende verandering met zich mee. Dit kan zijn op het gebied van de levensstijl van een gezin, loyaliteitsproblemen, bloedband naast stiefband, of de normen en waarden in een gezin.

 

Binnen een gezin groeien normen en waarden vanzelf, door de opvoeding van de ouders en de ervaring van het opgroeien met elkaar. Dit gebeurt echter niet bij een samengesteld gezin. In een samengesteld gezin moeten normen en waarden daadwerkelijk inzichtelijk worden gemaakt voor alle gezinsleden, om ervoor te zorgen dat ieder lid van het gezin de normen en waarden zo snel mogelijk eigen maakt. Antwoord op de vaak terugkerende vraag: “hoe voed je op in een samengesteld gezin”, is dat de biologische ouder de waarden bewaakt en biologische ouder en stiefouder samen de normen handhaven.

 

Sociaal-emotionele conflicten komen vaak voort uit waardeconflicten. Waarden maken deel uit van iemands identiteit, en worden ontwikkeld in een langdurig socialisatieproces (binnen familie, school, werk etc..). We onderscheiden een drietal waarden:

  • morele of kernwaarden (eigen identiteit);
  • hoofdwaarden (diepe overtuiging bijv. politiek die gedrag aanstuurt);
  • operationele waarden (dagelijkse omgang en gedrag)

 

STIEFenCO helpt met normen en waarden in gezin!

Om samengestelde te helpen met het inzichtelijk maken van de normen en waarden, om deze over te brengen op de kinderen, staat hieronder een voorbeeldlijst van normen en waarden in een gezin. Deze lijst bevat de essentiële normen en waarden, zodat een nieuw gezin binnen korte tijd een hecht gezin worden.

De belangrijkste normen en waarden in een gezin

Normen en waarden zijn nauw met elkaar verweven en hangen hierdoor met elkaar samen. Waarden zijn idealen waar mensen mee leven. Kinderen ontwikkelen in hun jeugd en puberteit waarden waar zij waarde aan hechten. Een norm is een gedragsregel, die gebaseerd is op een waarde. Dit heeft te maken met de manier waarop iemand zich gedraagt. STIEFenCO heeft de norm en de waarde onderverdeeld, om het verband en de opvolging duidelijk te maken:

  1. Norm: Als de trein, tram of bus aankomt, wacht je even tot de mensen uitgestapt zijn, alvorens zelf in te stappen.
    Waarde: Geduld
  2. Norm: Als je in- en uit de lift stapt, groet je netjes de anderen in de lift.
    Waarde: Vriendelijkheid, Beleefdheid
  3. Norm: Als iemand achter je in de rij voor de kassa maar één artikel wil afrekenen, terwijl jij een hele kar vol hebt, vraag je of die persoon even voor wilt.
    Waarde: Vriendelijkheid
  4. Norm: Spullen die op de trap liggen meenemen naar boven.
    Waarde: Veiligheid, behulpzaamheid
  5. Norm: Je staat op voor ouderen of zwangere vrouwen, bijv, in het openbaar vervoer.
    Waarde: Respect voor ouderen / anderen
  6. Norm: Als de kassière je teveel geld teruggeeft, dan zeg je dat en geef je dat weer terug.
    Waarde: Eerlijkheid
  7. Norm: Als iemand je de weg vraagt, help je die persoon door het te uit te leggen.
    Waarde: Behulpzaamheid
  8. Norm: Als je het niet met iemand eens bent, ga je niet gelijk schelden of slaan.
    Waarde: Verdraagzaamheid, Zelfbeheersing
  9. Norm: Als je zegt dat je iemand helpt, dan doe je dat ook.
    Waarde: Trouw
  10. Norm: Als iemand, een meerdere bijvoorbeeld, je opdraagt wat te doen, dan doe je dat.
    Waarde: Gehoorzaamheid
  11. Norm: Als een oudere valt, help je hem of haar overeind.
    Waarde: Behulpzaamheid
  12. Norm: Iemand uitlachen is niet leuk.
    Waarde: Respect voor anderen
  13. Norm: Als je iets van iemand hebt geleend, dan geef je dat ook weer terug.
    Waarde: Verantwoordelijkheid, Respect voor andermans spullen
  14. Norm: Als je een verkering hebt, ga je niet met een ander zoenen.
    Waarde: Trouw, Respect voor de ander
  15. Norm: Als je in de lift staat, laat je geen windjes.
    Waarde: Beleefdheid, Rekening houden met anderen
  16. Norm: Als iemand bij het stoplicht even voor wil met de auto, dan laat je die persoon voor.
    Waarde: Vriendelijkheid
  17. Norm: Als iemand geld opneemt, hou je afstand.
    Waarde: Respect voor privacy
  18. Norm: Als iemand je helpt met iets, bedank je die persoon.
    Waarde: Dankbaarheid, Beleefdheid
  19. Norm: Je houdt de deur open voor degene achter je.
    Waarde: Beleefdheid, Behulpzaamheid
  20. Norm: Wanneer je je kind ziet of je partner, kus of knuffel je die.
    Waarde: Liefde
  1. Norm: Wanneer je aan het werk bent, ga je niet urenlang privé bellen.
    Waarde: Gehoorzaamheid
  2. Norm: Als je iets ergens van vindt, mag je dat gewoon zeggen.
    Waarde: Vrijheid van meningsuiting
  3. Norm: Je houdt hierbij echter wel rekening met de gevoelens van anderen.
    Waarde: Respect voor anderen, Mededogen
  4. Norm: Wanneer je ziet dat iemand geld laat vallen, zeg je dat tegen die persoon.
    Waarde: Eerlijkheid
  5. Norm: Wanneer degene naast je allemaal muntjes laat vallen, help je ze even op te rapen.
    Waarde: Behulpzaamheid
  6. Norm: Je gooit geen afval uit je auto.
    Waarde: Respect voor het milieu
  1. Norm: Als je ergens niet mag roken, dan doe je dat niet.
    Waarde: Gehoorzaamheid, Respect voor anderen
  2. Norm: Ik mag gaan en staan waar ik wil.
    Waarde: Vrijheid
  3. Norm: Ouderen spreek je met “u” aan.
    Waarde: Beleefdheid, Respect
  4. Norm: Wanneer iemand bij je op bezoek komt, biedt je iets te drinken aan.
    Waarde: Beleefdheid, Vriendelijkheid
  5. Norm: Als je je aan iemand voorstelt, geef je die persoon een hand.
    Waarde: Gelijkwaardigheid, Beleefdheid, Respect
  6. Norm: Als je in de trein zit, draai je gaan harde muziek.
    Waarde: Respect voor anderen / orde
  7. Norm: Als je de kans hebt iemand te helpen, dan doe je dat.
    Waarde: Behulpzaamheid
  8. Norm: Als je hard werkt, verdien je geld en kun je lekker op vakantie.
    Waarde: Geld verdienen, Geluk, Plezier
  9. Norm: Je eet niet iedere dag patat.
    Waarde: Gezondheid
  10. Norm: Als je op een scooter rijdt, doe je een helm op.
    Waarde: Veiligheid
  11. Norm: Je slaat je hond niet.
    Waarde: Respect voor dieren
  12. Norm: Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.
    Waarde: Gelijkwaardigheid, Religie
  13. Norm: Je draait midden in de nacht geen harde muziek, terwijl de buren liggen te slapen.
    Waarde: Respect voor anderen
  14. Norm: Als je iets gestolen hebt, dan wordt je daarvoor gestraft.
    Waarde: Rechtvaardigheid